Antwerpse havengemeenschap maakt duurzame transitie

In lijn met de VN Sustainable Development Goals

Afgelopen maand stelde de Antwerpse havengemeenschap haar vierde duurzaamheidsverslag voor. Op zich niet zo wereldschokkend, ware het niet dat dit verslag tot stand kwam via een uitgebreide stakeholdersdialoog met alle mogelijke belanghebbenden van de haven van Antwerpen. Het is door deze werkwijze dat de haven al verschillende sustainability awards in de wacht sleepte. Dit jaar ging de ambitie nog verder: het onderschrijven van de 17 SDG’s (Sustainable Development Goals) die de Verenigde Naties in september 2015 lanceerden.

Met de Antwerpse havengemeenschap wordt bedoeld: de 900 bedrijven die in de Antwerpse haven actief zijn. Goed voor een directe tewerkstelling van 60.656 VTE; indirect komen er nog 81.692 VTE bij (cijfers 2015). De belangen voor de Antwerpse havengemeenschap worden regionaal, nationaal en internationaal vertegenwoordigd door verschillende organisaties waarvan het Havenbedrijf Antwerpen, Alfaport-Voka en de Maatschappij Linkerscheldeoever de belangrijkste zijn. Zij hebben samen het initiatief genomen om het duurzame karakter van de haven in kaart te brengen.

 

De oprichting van een ‘Stuurgroep Duurzaamheid’ binnen het Totaalplan voor de Antwerpse Haven in oktober 2010 betekende de start van het duurzaamheidsverslaggevingsproces voor de Antwerpse havengemeenschap. Dat resulteerde begin 2012 in een eerste duurzaamheidsverslag, wat kon gezien worden als een nulmeting: waar staan we op het vlak van ‘people’, ‘planet’ en ‘profit’? Verschillende werkgroepen van stakeholders bepaalden de grote lijnen die erin aan bod moesten komen. Met het eerste duurzaamheidsverslag wilden de initiatiefnemers individuele bedrijven een bruikbaar voorbeeld geven om zelf (geïntegreerde) jaar- of duurzaamheidsverslagen op te maken.

Een jaar later volgde een tweede duurzaamheidsverslag. Daaraan werd de ‘wegwijzer duurzaam ondernemen’ gekoppeld om bedrijven informatie en advies aan te reiken om duurzaam ondernemen in hun dagelijkse werking te implementeren.

 

De evaluatie van dat tweede verslag leidde tot de beslissing om het aantal thematische werkgroepen uit te breiden naar tien: mobiliteit, woon-werkverkeer, wegtransport, spoortransport, binnenvaart, pijpleidingen, energie & klimaat, veiligheid & beveiliging, maatschappelijke beleving en onderzoek & innovatie. Dat derde verslag werd in 2015 gepubliceerd.

Leidraad: VN Sustainable Development Goals

In de aanloop naar dit vierde verslag beslisten de stakeholders voluit te gaan voor de 17 Sustainable Development Goals (SDG’s) die de Verenigde Naties in 2015 gelanceerd hadden. De praktijk wees immers uit dat de duurzaamheidsinspanningen van de havengemeenschap één en ondeelbaar zijn met die VN-doelstellingen.

Een voorbeeld: het inzetten op duurzame transportmodi voor het woon-werkverkeer in de Antwerpse haven (denk aan fietspaden, collectief vervoer, nieuwe treinstations …) is direct gerelateerd aan SDG 11 (duurzame steden en gemeenschappen), maar ook aan de SDG’s 3 (goede gezondheid en welzijn), 8 (waardig werk en economische groei), 13 (klimaatactie), 15 (leven op het land) en 17 (partnerschap om doelstellingen te bereiken).

Die SDG’s vormen dan ook een belangrijke leidraad en stimulans om de duurzame transitie van de haven verder vorm te geven en toekomstige acties en doelstellingen daarop af te stemmen.

 

Het duurzaamheidsverslag van de Antwerpse havengemeenschap omvat 10 hoofdstukken:

- scheepvaart;

- mobiliteit;

- tewerkstelling en arbeidsveiligheid;

- economische activiteit;

- natuur en milieu;

- energie en klimaat;

- onderzoek en innovatie;

- samenleving;

- circulaire economie;

- veiligheid en beveiliging.

Het is volledig (136 pagina’s) te downloaden op https://www.duurzamehavenvanantwerpen.be

2017122711133036_fg1.jpg

Scheepvaart, mobiliteit en tewerkstelling

Duurzaamheid en scheepvaart wordt gemeten via volgende indicatoren: zijn de schepen die onze haven aanlopen in regel met de internationale maritieme wetgeving? Gebruiken zij emissiereducerende technologie zoals scrubbersystemen of selectieve katalytische-reductiesystemen die de uitstoot van luchtvervuiling kunnen beperken? Zorgt de haven voor een aanbod van milieuvriendelijke scheepsbrandstof zoals LNG?

Uit de duurzaamheidsrapportering blijkt dat Antwerpen op dit vlak bijzonder goed scoort.

 

Mobiliteit is echter een andere kwestie. De filezwaarte in en rond Antwerpen neemt zorgwekkend toe en het zal wachten zijn tot het zogenaamde Toekomstverbond (de combinatie van een Oosterweel- en een Haventracé die de Antwerpse ring én zal sluiten én zal opsplitsen in plaatselijk en doorgaand verkeer) dat structureel zal oplossen. Ten vroegste in 2030.

Ondertussen wordt volop ingezet om de werknemers te overhalen de auto in te ruilen voor fiets, trein of collectief vervoer en het goederenvervoer om te switchen naar meer trein en binnenvaart. Alfaport-Voka en het Havenbedrijf Antwerpen hebben in die zin enkele maatregelen uitgewerkt en kregen daarvoor een financiële ondersteuning van minister Weyts.

 

Tewerkstelling scoort ook niet zo denderend: in vergelijking met het vorige duurzaamheidsverslag 2015 (cijfers 2013) vertonen zowel de directe als indirecte tewerkstelling een licht dalende trend. Hoewel het te vroeg is om daaruit conclusies te trekken, is die daling waarschijnlijk toe te schrijven aan de toenemende digitalisering en automatisering van een aantal bedrijfsprocessen. Dat leidt op korte termijn tot een daling van de tewerkstelling, maar uit onderzoek is gebleken dat dit op langere termijn vaak resulteert in meer jobs, weliswaar met andere profielen. De jobs die hoofdzakelijk uit standaardacties bestonden, worden geautomatiseerd en vervangen door meer strategische jobs die analyse, verwerking en bijkomende acties vragen. De havengemeenschap maakt zich sterk dat een verbreding van de havenactiviteiten bovendien voor een duurzame hogere tewerkstelling zorgt. Gedacht wordt aan nieuwe sectoren, zoals circulaire economie, IT-diensten, dienstverlening (financieel, verzekering, legale diensten …) en energie.

2017122711153932_fg2.jpg

Economie, natuur en energie

Economisch gaat het de Antwerpse haven voor de wind: in 2015 werd de kaap van 200 miljoen ton overslag gerond en met het overslagcijfer van 10 miljoen TEU in 2016 versterkte zij haar positie als tweede belangrijkste containerhaven in Europa. De Nationale bank berekende de toegevoegde waarde van de haven voor de Belgische economie op 5% van het BBP (voor Vlaanderen bedroeg dat zelfs 8,6%).
 
Wat de natuur betreft, is het havengebied van Antwerpen een van de belangrijkste leefgebieden van Europees bedreigde soorten. Grote delen ervan zijn ingekleurd als Speciale Beschermingszones onder de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn (Natura 2000). In 2000 ondertekenden het Havenbedrijf en Natuurpunt een charter om een netwerk van ecologische infrastructuur binnen het havengebied te realiseren. Een netwerk van kerngebieden, corridors en stapstenen in het havengebied moet de duurzame instandhouding garanderen voor maar liefst 90 beschermde planten- en diersoorten. Het is de bedoeling 5% van het Antwerpse zeehavengebied te vrijwaren voor de uitbouw van dit netwerk. Om de fauna en flora te kunnen beschermen zonder afbreuk te doen aan de ontwikkeling en de exploitatie van de haven is er sinds 2014 een Soortenbeschermingsprogramma (SBP) Antwerpse haven, dat zich in de eerste plaats toespitst op de duurzame instandhouding van 14 beschermde soorten in het havengebied en meer bepaald die gebieden die onderdeel zijn van het netwerk van ecologische infrastructuur.
 
Die doelstelling is moeilijk te halen: sinds 2013 stagneerde de oppervlakte van nieuw gerealiseerde natuurkerngebieden. Dat is het rechtstreekse gevolg van het feit dat het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan (GRUP) nog niet werd goedgekeurd. In 2015 vertaalde zich dat in een afname van het aantal soorten. Dankzij bijkomende (beheer)inspanningen om de natuurkwaliteit in de bestaande natuurkerngebieden te verhogen, kon in 2016 weer een lichte stijging genoteerd worden. Maar een structurele oplossing vanuit de overheid dringt zich wel op.
 
Energie is dan weer een opsteker. De industrie vertoont een afname van het energieverbruik ondanks het feit dat de productie verhoogt. Dat toont aan dat energieverbruik en productie duidelijk ontkoppeld zijn en de energie-efficiëntie is verhoogd.


Wat betreft het geïnstalleerde vermogen duurzame energie, bracht onder meer het project Wind aan de Stroom (W@S) het totaal geïnstalleerde vermogen aan windenergie op 122 MWe, waardoor er de volgende jaren een verdubbeling van duurzame energie kan worden verwacht.

20171227111559364_fg3.jpg

Samenleving en circulaire economie

Een ander unicum aan het duurzaamheidsverslag van de Antwerpse haven is de jaarlijkse bevraging die het Havenbedrijf Antwerpen uitvoert om een beeld te krijgen hoe de burgers de haven beleven.
Die bevraging wordt ingevuld door een duizendtal mensen die in de regio rond de haven wonen of werken. Zij geven de haven een score voor haar prestatie op de drie P’s (people, planet, prosperity). Tegelijkertijd geven zij ook aan in welke mate zij persoonlijk belang hechten aan die thema’s (zeer belangrijk, redelijk belangrijk, neutraal, redelijk onbelangrijk, totaal onbelangrijk en ‘weet niet’).
 
Zowel op lokaal als regionaal niveau wordt de bijdrage van de haven tot economie en tewerkstelling door meer dan 80% van de respondenten positief gewaardeerd. Ze hebben een duidelijk beeld van de haven als economische motor en schatten dat erg positief in.
De impact op mobiliteit (planet) wordt door de respondenten nog steeds als meest negatieve aspect geëvalueerd. Zo’n 38% van de bevraagden geven een negatief of uiterst negatieve waardering.
Omdat de effecten van de havenactiviteiten zoals welzijn, mobiliteit en tewerkstelling veel verder dragen dan het geografische gebied dat nu wordt bevraagd, zal deze draagvlakbarometer in de toekomst een groter geografisch gebied bestrijken.
 
Circulaire economie is een nieuw item in het duurzaamheidsrapport. In de langetermijnvisie 2030-2050 die Alfaport-Voka en het Havenbedrijf Antwerpen uittekenden, werd duidelijk dat circulaire economie uitgelezen ontwikkelingskansen biedt. In de overgang naar een circulaire economie zal immers de afhankelijkheid van fossiele grondstoffen verminderen en kan de haven een effectieve bijdrage leveren in de strijd tegen de klimaatopwarming.


Uit de analyses van de Nationale Bank, gebaseerd op de jaarverslagen van die bedrijven blijkt wel dat de circulaire economie een groeiende sector is in de haven van Antwerpen. Er zijn 121 bedrijven in de circulaire economie actief en over de periode 2010-2015 is er een duidelijke toename in de tewerkstelling. Ook de toegevoegde waarde neemt toe.

20171227111620958_fg4.jpg

Port of Antwerp SustainabilityAward

Sinds vorig jaar lanceren Alfaport-Voka, het Havenbedrijf Antwerpen en MLSO een oproep naar bedrijven om mee te dingen naar de tweejaarlijkse Port of Antwerp Sustainability Award. Daarmee bekronen de initiatiefnemers een project dat bijdraagt aan de transitie naar een duurzame haven.
 
Vorig jaar was ECLUSE de winnaar met het project dat verschillende chemische bedrijven in de Waaslandhaven op termijn zal aansluiten op een warmtenet. ECLUSE is een samenwerkingsverband tussen Indaver, SLECO, Infrax, FINEG en Maatschappij Linkerscheldeoever dat fungeert als ‘sluis van groene energie’ tussen de waste-to-energy installaties van Indaver/SLECO en de bedrijven in de Waaslandhaven. ECLUSE wil een netwerk van stoom- en condensaatleidingen leggen tussen de thermische verwerkingsinstallaties van Indaver/SLECO en een aantal bedrijven in de Waaslandhaven. Dat zal de bedrijven in staat stellen naar eigen behoefte warmte af te nemen.
 
Het warmtenetwerk transporteert de stoom die tijdens de verbranding wordt opgewekt via een geïsoleerde stoomleiding naar de warmteafnemers. Het transport verloopt efficiënt en zonder noemenswaardig verlies door gebruik te maken van oververhitte stoom op hoge druk en temperatuur. Via een condensaatleiding loopt het warm water terug naar Indaver/SLECO, waar het opnieuw in de stoomketel als voedingswater wordt gebruikt. De leidingen zullen zo’n 5 kilometer lang zijn en worden deels ondergronds, deels bovengronds geplaatst. ECLUSE hanteert voor zijn warmteafnemers een principe van solidariteit. Elke afnemer betaalt een uniform transporttarief. In het voorjaar van 2018 zullen Alfaport-Voka, het Havenbedrijf Antwerpen en MLSO een oproep lanceren om mee te dingen naar een tweede award.

Nieuwsbrief

Wenst u op de hoogte te blijven van alles wat reilt en zeilt binnen de supply chain wereld? Registreer dan nu GRATIS op de Value Chain nieuwsbrieven.

Registreer NU

Magazines

U wenst zich te abonneren op de Value Chain Management magazines (print en online) en wenst toegang tot alle gepubliceerde content op onze website? Abonneer NU!

Abonneer NU

Supply Chain Innovations

Hét jaarlijkse netwerkevent voor elke supply chain professional!

Lees meer
Cookies accepteren

Wij houden rekening met uw privacy

We gebruiken cookies om uw surfervaring te verbeteren, gepersonaliseerde advertenties of inhoud weer te geven en verkeer te analyseren. Door op "Alles accepteren" te klikken, stemt u in met ons gebruik van cookies.